Laten we, om met de deur in huis te vallen, weer eens beginnen met een stukje theorie. In deel 1 van het TRK kunnen we in artikel 7 voorbeelden van kaarttekens vinden; een deel daarvan ziet U hiernaast. Ik vraag met name Uw aandacht voor de eerste drie situaties van punt a, en let dan vooral op de derde: "géén kaartweg onder kerkteken".
En bekijkt U vervolgens het kaartfragment dat daaronder staat, eerst links en dan - uitvergroot - rechts; dit kwam voor in het middagtraject van de recente Brabant-Grensrit. We moeten al grensbenaderend (met de grens rechts) van a naar z, maar mogen niet over het rode weggedeelte. Dus? a-b-c-d-e-z? Zonder dat kerkteken (in dit geval, volgens de legenda: "toren, hoge koepel") zou dat juist zijn, maar met de kennis van dat TRK-artikel 7 toch niet! Vol vertrouwen reed Uw columnist dus a-b-c-h-k-n-d-e-z, waarna dat vertrouwen verdween toen er op die route geen controle bleek te staan... Maar wat niet is kan nog komen: de weg d-e liep halverwege dood (met controle E), zodat we terug moesten om via b naar e-z te gaan (omrijden moest/mocht over zo min mogelijk rood). Wij verwachtten nu een goudgoede controle "achter de dikke boom" als we op de terugweg naar b weer om de kerk heen zouden rijden, en tot onze vreugde (en opluchting) was dat inderdaad het geval. Leuke val!
Maar helaas: dit laatste is geheel verzonnen; ook op de terugweg stond er géén controle op de route d-n-k-h-c, zodat onze conclusie was "jammer, dit was blijkbaar niet zo bedoeld". Hier heeft uitzetter Sjef Huijbregts een kans gemist...
Gelukkig werd dit ruimschoots goed gemaakt door heel veel andere situaties, die stuk voor stuk erg goed in elkaar zaten. Spijtig was het wel dat een abnormaal groot aantal situaties na afloop vervallen moest worden verklaard omdat allerlei controles spoorloos waren verdwenen dan wel verplaatst of omgekeerd of verwisseld of zelfs in tweeën gehakt (?!?!?). Daar doe je als organisatie weinig tegen, al is het misschien wel zo dat er nogal veel controles in dorpskernen waren geplaatst; en het was zaterdag, en het was mooi weer..., veel kinderen op straat, wie zal het zeggen?
Laten we maar gauw gaan kijken wat er allemaal voor leuks in deze rit zat. Anders dan in voorgaande jaren had Sjef deze keer overigens de gehele rit solo uitgezet, terwijl collega Anton Aarden alleen de controle voor zijn rekening had genomen; maar van de uitzetkunsten van Anton zullen we aan het eind van het jaar weer in de Teamrit kunnen genieten. In je eentje kan het blijkbaar ook, zoals de nu volgende situaties laten zien.
We beginnen met een voorbeeld van een controle met een opdracht die "met de route mee wijst", in dit geval de opdracht "ER" (einde weg rechts), terwijl we toch al einde weg rechts willen gaan. Anders dan bij een dwangpijl (ritpijl) die met de route mee wijst moeten we in dit geval wèl omrijden: we gaan eerst volgens de opdracht einde weg rechts, en moeten daarna de route opnemen op dezelfde eindeweg-situatie (die we door het uitvoeren van die opdracht als het ware hebben overgeslagen).
Het systeem is grensbenadering tegen de klok in, dus in principe steeds rechtsaf. In dit geval is de route (vanaf de blauwe pijl) dus a-b-c-d-e-d-f-g-h-z. Na controle B en keercontrole 56 (zonder verdere problemen) komen we bij controle C die bovengenoemde opdracht "ER" geeft (NB: controles alleen zichtbaar in de vlagrichting). We gaan dus bij g einde weg rechts, en moeten dan op hetzelfde punt g de route opnemen, richting h.
Omdat we nu al in de richting van h rijden zullen we dus terug moeten: we nemen de keerlus bij h en gaan dan via g-f-d-c naar g, want als we van c naar g gaan kunnen we wel verder naar h (zonder opnieuw last te hebben van controle C met opdracht). Dat hadden we gedacht tenminste, want net voorbij de C (waarvan we nu alleen de achterkant zien) staat keercontrole 54, die ons dwingt toch weer via de C te gaan. En dus zullen we opnieuw einde weg rechts moeten vanwege de opdracht, en daarna op een andere manier bij g>h moeten opnemen. Dat kan door eerst weer de lus bij h te nemen, en dan een andere keerlus te zoeken om toch van c naar g te kunnen gaan. Er zijn twee mogelijkheden: de lus bij e (met controle 56), of die bij q (met, op de terugweg, controle B). Die laatste route is de kortste, en dus de juiste. De totale oplossing is dus B-56-C-54-C-B/(56) (controles tussen haakjes zijn, zoals gebruikelijk, fout).
In het volgende plaatje komen twee situaties voor die het bespreken waard zijn. Om te beginnen bekijken we de route a-b-c-d-e-f-m (rode weggedeelten mochten niet in de hoofdroute worden opgenomen, en in een omrijroute alleen zo kort mogelijk). De weg b-c blijkt verboden in te rijden; het opnamepunt is c>d. We gaan naar c via b-g-f-e-k-c, en noteren controle Y en keercontrole 38, waarna we niet meer bij c kunnen komen. Het volgende opnamepunt is dan d>e, te bereiken via k-e-f-g-d. Ook dat lukt niet, want de weg g-d is afgepijld (dat hadden we al gezien toen we van b naar f gingen, maar toen had dat nog geen enkele betekenis, en we zagen het formeel nog niet). We moeten noodgedwongen verder richting b om ergens links van a een keerlus te maken, maar worden al meteen gekeerd door controle 48, zodat ook d niet meer bereikbaar is. Het derde opnamepunt wordt e>f, waar we vanaf de 48 nog heen kunnen via de 8-vormige route g-f-e-d-c-k-e. Maar van e is er dan geen weg naar d (ook dat wisten we inmiddels al, maar "officieel" nog niet), en nu is er een klein probleem: wat doen we nu? We weten al dat op k-c de keercontrole 38 staat (voorkennis), en de "weg" k-h loopt van de kaart af. Keuze tussen twee mogelijkheden die allebei niet mogen? Het antwoord is nee: de "weg" k-h is reglementair geen kaartweg (want zeg maar doodlopend), en we mogen dus vanaf e alleen maar de (enige) kaartweg volgen (e-k-c) totdat we worden opgevangen (voorkennis of niet). Zo komen we voor de tweede keer bij de 38, waarna we eindelijk bij e de hoofdroute kunnen vervolgen. Voor alle zekerheid geeft controle P nog de opdracht "NVH": niet verder herconstrueren. Alles bij elkaar: Y-38-48-38-P.
En na die controle P begint meteen de volgende probleemsituatie. De route is hier f-m-n-p-n-m-s-u-z (niet over rood). Bij m staat een ritpijl naar links te wijzen, terwijl we eigenlijk rechtdoor naar n willen. Het opnamepunt (het gaat altijd om het opnamepunt!) is n>p, maar we moeten bij het omrijden zo min mogelijk over rood, dus liever niet via s-n. De juiste route is m-s-u-s-m-n, heen en weer langs de "platte" controle Q. Maar net als we daarna bij n de route naar p willen oppakken blijkt de weg n-p niet aanwezig (met vakantie of zo?), zodat we alleen maar rechtdoor (en nu wel gedwongen over rood) naar s kunnen. Punt p is nu onbereikbaar, en het nieuwe opnamepunt wordt n>m. Dus opnieuw heen en weer langs controle Q, en dan via s naar n (over rood is nu de enige mogelijkheid). Ten slotte vanaf n de route afmaken (n-m-s-u-z); dus nog een Q en als laatste de afsluiter T die het met "NVH" onmogelijk maakt om verderop gelegen keerlussen te gebruiken, voor degenen die het kleine ommetje (rotonde) bij u over het hoofd zien. Compleet: Q-Q-Q-Q-Q-T. Je kan je afvragen (en dit bedoel ik in het algemeen) of de uitzetter er verstandig aan doet om in dit soort situaties zo'n platte controle te gebruiken (d.w.z. eentje die uit beide richtingen zichtbaar is). Degenen die het grapje niet doorhebben denken al gauw: "hé, een platte controle, moet ik hier ook van de andere kant langs?", en komen zo alsnog op het idee van een keerlus, in plaats van foutief over het rode weggedeelte te gaan. Terwijl die uitzetter toch juist hoopt dat je het fout doet...
Zoals je hierboven liefst vijf maal de Q moest hebben, zo stond er ook in het volgende voorbeeld een controle waar je vijf keer langs kwam; d.w.z. (a) als je het goed deed, en (b) als de controle 11 niet zou zijn weggehaald. Maar het zat leuk in elkaar, en ik laat het toch maar zien.
De grensbenaderingsroute is a-b-c-d-e-f-g-h-k-g-f-z (niet over rood). Hoewel het gebruik van pontveren deze keer was toegestaan (dat is niet altijd zo!) was controle 10 toch een foutcontrole: er staat weliswaar een veerverbinding op de kaart (helemaal linksboven, ten noordwesten van de plaatsnaam "Veen"), maar het bootje is wit in plaats van zwart, en dat betekent dat het een voetveer is. Ken Uw legenda: pontveren (voor auto's) zijn zwart, voetveren wit! Na keercontrole 11 opnemen bij d>e via c-e-f-g-k-d. Dat lukt tot keercontrole 12; nu nog steeds naar d>e, maar over meer rood: f-e-d-k-g-h-k-d; langs controle H. Vervolgens blijkt g-h niet aanwezig, maar dat kleine lusje kan ook andersom: g-f-e-d-k-h-g-k-d, weer langs de H. Nu blijkt ook k-h niet aanwezig (daar hadden we al zo'n vermoeden van..), waarna d onbereikbaar is geworden. Dan maar opnemen bij e>f: k-g-f-e-d-c-e, en dat is derde H. Nu kunnen we zowaar een stukje route gewoon rijden (e-f-g, en einde voorkennis), maar na keercontrole 12 moeten we opnieuw gaan omrijden, nu naar g>h: f-e-d-k-g (vierde H). Nog steeds is g-h niet aanwezig (nu als hoofdroute), dus opnemen bij k>g: f-e-d-k (vijfde H). Vanaf k naar z zijn er geen problemen meer, dus de juiste controlereeks is (10)-11-12-H-H-H-12-H-H. Voor de volhouders...
Over volhouden gesproken, ook in de volgende twee situaties moest je steeds goed in de gaten houden waar je mee bezig was, en waarvan je wel of geen voorkennis had. De eerste is niet heel moeilijk, vooral omdat het zeer overzichtelijk is (allemaal rechte wegen); de tweede is wat pittiger.
Route (niet over rood): a-b-c-d-e-c-b-f-z. Na controle K blijkt weg e-c niet aanwezig; opnemen bij c>b. Omrijden via e-f-b-c-e-d-c (het zoveelste voorbeeld van de 8-vormige omweg). Weg c-e is ook niet aanwezig (natuurlijk...); nog steeds opnemen bij c>b, nu over meer rood via c-d-e-f-g-b-f-e-d-c: langs controles K en L naar keercontrole 13. Omdat c nu niet meer bereikbaar is opnemen bij b>f: f-g-b, dus nogmaals controle L. Samenvattend: K-K-L-13-L.
En bij deze is de kans op doldraaien niet denkbeeldig! Route: a-b-c-d-c-e-p-f-g-f-h-f-p-k-b-z (dit is dus wel een pontveer voor auto's!). Eerste probleem: na controles B en 10 opnemen bij d>c via c-e-p-f-g-m-d: controle 11. Nu opnemen bij c>e via f-p-k-b-c, maar op p-k staat controle C met de opdracht "1L" (eerste weg links). Dus eerst linksaf en dan nog steeds opnemen bij c>e via k-e-c-b-k-p-e-k-b-c: twee maal controle B. Nu gaat het even goed (route rijden, voorkennis weg) tot controle 11, begin tweede probleem. Opnemen bij g>f via f-p-e-c-d-g: controle 10. Nu opnemen bij f>h via c-e-p-f: controle 13. Ten slotte het derde probleem: weer controle C met "1L", maar nu op de hoofdroute. Opnemen bij k>b via k-e-c-d-c-e-k: controle 10 (dat is korter dan een lus via controle B).
De complete oplossing: B-10-11-C-B-B-11-10-13-C-10/(B). Een hele mond vol...
|
Omdat mijn "oude doos" nu echt vrijwel leeg is maar ik U toch aan het einde van deze misschien wat saaie aflevering nog even wil laten glimlachen, hierbij (uit mijn herinnering) enkele verkeer-gerelateerde Belgenmoppen die aan het eind van de vorige eeuw populair waren (het lijkt er op dat het aantal Belgenmoppen afneemt sinds ze daar beter zijn gaan voetballen dan de Nederlanders?). Bij voorbaat mijn excuses aan de Belgische lezers van deze rubriek, en met name aan mijn vaste reactie-schrijver Daniel Immesoete (die wordt nog eens voorzitter van mijn fanclub...). Daar gaan we:
- Waarom heeft een Belg een mes in de auto? Antwoord: om de bochten af te snijden.
- Waarom heeft een Belg een bijl in de auto? Antwoord: om een zijstraat in te slaan.
- Waarom heeft een Belg een krant in de auto? Antwoord: kan-ie lekker scheuren.
- Toen er nog auto-veerboten van Oostende naar Dover gingen gebeurden er veel ongelukken met spookrijders op de snelweg van Gent naar de kust; hoe kwam dat? Antwoord: Belgen die op weg waren naar Engeland oefenden alvast in het links rijden.
En nu maar wachten op de Ollander-grappen in de reacties...