subtitel:   "de keerlus kan ook andersom"

De overkoepelende naam van al deze columns is "Kaartlezen in de praktijk", waarmee wordt aangegeven dat de bedoeling is voorbeelden uit de praktijk te behandelen, dus situaties die daadwerkelijk in een rit zijn voorgekomen. En dan bij voorkeur die situaties waar iets bijzonders over te vertellen valt (en dat kan dan in positieve of in negatieve zin zijn, liefst positief uiteraard). 

Maar soms is het handig (en wellicht zelfs leerzaam) om een bepaald thema eerst even theoretisch te behandelen, opdat degenen die er niet of minder mee bekend zijn de rest van de column ook kunnen lezen zonder dat dit al te veel vraagtekens oproept. Vandaar dat we deze keer weer beginnen met een stukje theorie: keerlussen die je niet één maar twee keer moet (willen) rijden; verderop zult U zo iets dan in een praktijkvoorbeeld tegenkomen.

In onderstaande situatie is de kortste route van pijl 1 naar pijl 2 heel simpel: a-b-c-d. Na a staat de keercontrole 7, zodat de route moet worden opgepakt op punt c, te bereiken via a-e-h-g-c. Voorbij e worden we echter weer gekeerd, nu door controle 8. Nu kan de route van c naar d nog steeds worden gereden, namelijk door via e-f-d-c naar de keerlus bij k te gaan, daar te keren (g-h-k-g), en terug te rijden naar c. En passant noteren we tussen f en d de controle A. De keerlus moet inderdaad in de richting g-h-k-g worden gereden, en niet andersom, want bij keuze moet een keerlus tegen de wijzers van de klok in worden bereden, linksom dus. Bij h blijkt de weg naar k verboden in te rijden (of afwezig, of DLW, of afgepijld), zodat we gedwongen doorrijden naar e (de 8 staat achterwaarts), waarna de enige mogelijkheid is om opnieuw via f naar d te gaan (weer langs controle A). Gaan we nu verder naar pijl 2? Nee, er is nog steeds een manier om de oorspronkelijke route (a-b-c-d) bij c op te pakken: we gaan nogmaals via c naar de keerlus, en proberen die nu rechtsom te nemen (g-k-h-g). We hebben immers wel voorkennis van het verbodsbord bij h, maar weten nog niets van de situatie bij g (we zijn daar wel langs gereden, maar hebben nog niet van g naar k willen gaan). U raadt het al: ook g-k is afgesloten, zodat we voor de derde keer langs controle A rijden om nu eindelijk door te gaan naar pijl 2. De juiste controlereeks is dus: 7-8-A-A-A. Tip: onthoud dit principe!

Tot zover de theorie, nu dus de praktijk. Zoals in de column van twee weken geleden al uitgelegd zijn de eerste twee ritten van dit seizoen allebei georganiseerd door de Ellerijders, allebei uitgezet door een Jongman, en ook allebei gecontroleerd door een Jongman. Alleen was de rol van de broers Jongman verschillend: de Botterronde is uitgezet door Jaap en gecontroleerd door Henk, en bij de Pijlenrit (van een maand later) was het net andersom. Blijkbaar een goed recept, want beide ritten krijgen wat mij betreft het predicaat "voortreffelijk". Heerlijke rij-ritten, niet te veel (maar ook niet te weinig) keercontroles, goede vallen, goed  gecontroleerd, mooi weer en leuke wegen. Toegegeven, de laatste twee factoren zijn misschien niet helemaal het werk van de Jongmannen, maar ze passen wel mooi in het rijtje van wat er allemaal goed was. Verder is dit geen culinaire rubriek, maar we kunnen toch opmerken dat in de rust het gebrek aan de traditionele kroketten ruimschoots werd gecompenseerd door de uitstekende haring. Voor de afwisseling…

Voordat U verder leest is het handig als U goed op de hoogte bent van het Pijlenrit-reglement, dat enerzijds al vele jaren in principe ongewijzigd is, en anderzijds behoorlijk afwijkt van wat in andere ritten gebruikelijk is. Ik had dat al voor U samengevat in de column over de Pijlenrit van 2015 (zie de aflevering van 16 november j.l.), maar om U driftig heen-en-weer bladeren te besparen herhaal ik het hier nog even, met een enkele aanvulling:

Samenvatting reglement Pijlenrit (let op: dit geldt alleen voor dè Pijlenrit (met een hoofdletter), niet voor elke willekeurige pijlenrit…)

1. Pijlen mogen ALLEEN in de route worden opgenomen als ze aan de beurt zijn (en verder mogen ze nooit meegaand of tegengesteld, geheel of gedeeltelijk, worden gebruikt; zelfs kruisen van een pijl is niet toegestaan.

2. Er dient in de eerste plaats over zo kort mogelijke afstand over witte wegen te worden gereden, en in de tweede plaats zo kort mogelijk over rode wegen. Met andere woorden: liefst alleen over oranje wegen, als dat niet kan dan zo kort mogelijk over rood, en als dat ook niet kan dan zo kort mogelijk over wit

3. De opdracht "17 VV" betekent: pijl 17 is vervallen, doorgaan met pijl 18, en pijl 17 dient voor de rest van de rit alsniet aanwezig te worden beschouwd. Daarentegen betekent de opdracht "DMP 18": een nieuwe route maken naar pijl 18, waarbij tot het bereiken van die pijl alle op de kaart voorkomende pijlen tijdelijk als vervallen ("VV") worden beschouwd. En let hierbij op: het onder een pijl liggende weggedeelte wordt geacht oranje te zijn! 

4. Als de route niet gereden kan of mag worden, dan vervalt die route, en dient een NIEUWE ROUTE naar de aan de beurt zijnde pijl te worden gereden (dus geen herconstructie maken op de oorspronkelijke route). 

NB: Waar vorig jaar "geel" stond, staat nu "oranje", maar het principe is exact hetzelfde. En onder "witte wegen" worden witte en grijze wegen verstaan.

Zo, met deze kennis gewapend moet U, ook als U nooit of zelden aan een Pijlenrit deelneemt, de volgende voorbeelden kunnen volgen. Let vooral op punt 3 in het kader hierboven, want die regels zijn van toepassing in alle voorbeelden die ik nu ga behandelen. Om te beginnen de allereerste situatie van het eerste traject.

De route van de start naar pijl 1 is niet moeilijk: a-b-c-d-e-f-g. We noteren eerst controle A en worden daarna gekeerd door de 2, en gaan de route opnemen bij g. Liever niet over  witte wegen, en zo min mogelijk over rode, dus via e-d-h-m-x-y-s-t-n-g (want t-n is minder rood dan m-n). We worden beloond door keercontrole 1, en gaan het nu proberen via x-p-q-s-t-n-g: eerst controle B, en dan de C met opdracht "HK - 1 VV". In eerste instantie gaan we nu naar pijl 2 via n-t-s-y-x-m-h-b-a, maar komen niet verder dan controle 4.  Omdat pijl 1 vervallen is mag de (oranje!) weg onder die pijl gewoon gebruikt worden en kunnen we de rode weg t-n-m vermijden: we rijden t-v-w-k-e-d-c-b-a en noteren dus de controles E en A, en bereiken zonder verdere problemen pijl 2.

Omdat het toch op dit kaartfragment staat pak ik meteen het volgende grapje nog even mee: vlak na pijl 2 staat controle D, en die geeft als opdracht "3 VV". Fijn, dus we mogen gewoon rechtdoor over pijl 3B naar pijl 4? Nee hoor, er zit altijd wel een addertje onder het gras: de vervallen pijl 3B mag als oranje worden beschouwd, maar het piepkleine stukje weg vlak voor de voet van de pijl is en blijft natuurlijk rood! Dus daar toch maar omheen rijden, via u-w-v-z en controle F.

Vele kilometers later, aan het einde van het traject,  moeten we nog van pijl 15 naar de rust ("einde kaart 1"),  en omdat pijl 1 nog steeds vervallen is (zie punt 3 in het kader hierboven) mogen we ook nu weer over pijl 1: z-v-w-k-e-d-c-b-a, dus weer langs de controles E en A; de route via s-y-x is veel langer (deze foutieve route zou de controle B opleveren, want de 4 was inmiddels weggehaald, en s-y was DLW).

Het devies is en blijft: constant attent blijven!

In het tweede voorbeeld ziet U in de praktijk wat hierboven werd aangekondigd: twee maal door het keerlusje.

De route van pijl 8 naar pijl 10 (ik heb het over de A-klasse, dus we gaan niet via pijl 9B) loopt helemaal om de pijlen 9, 10, 12 en 11 heen, maar we komen al snel langs controle X met opdracht "DMP 11". Omdat nu ALLE pijlen tijdelijk zijn vervallen mogen we nu al die pijlen als oranje wegen beschouwen, wat met name interessant blijkt te zijn voor de pijlen 10, 11 en 12. De kortste route (met zo min mogelijk rood) is via de keerlus bij g: a-b-c-d-e-f-g-e, waarbij dus zowel pijl 10 als pijl 11 tegengesteld worden bereden (en dat mag dus – tijdelijk!). We noteren de controles C en Q, en constateren vervolgens dat de weg van f naar g is afgepijld (DLW). Nu passen we de theorie toe (zie boven) en construeren de slimme route f-h-k-m-n-d-e-g-f-e (tegen de pijlen 12 en 11 in) om de stukken rood m-h en h-f te vermijden (met "slim" bedoel ik hier dat ik dit zelf over het hoofd zag…). Het resultaat is een tweede Q, gevolgd door de constatering dat ook de weg van e naar g is afgepijld (dat voelde U al aankomen, toch?).

Nu zullen we toch via h-f moeten (maar niet via m-h), en daartoe is een keerlus nodig: eerst via e-f-h-k (tegen pijl 12 in) naar p, en dan keren via p-q-s-p, of via p-t-p? Als U goed kijkt ziet U dat de brug bij q niet oranje maar wit is, zodat de route via t de juiste is; dus niet de 3 noteren, maar de U. Tenslotte eindelijk naar pijl 11, maar wel via de N (veel minder rood). We noteren op pijl 11 de S, en (niet vergeten ook nog pijl 12 reglementair te berijden) op pijl 12 nogmaals de N. Tenslotte naar pijl 13 via h-m (controles H en D), want sinds het bereiken van pijl 11 zijn alle pijlen weer gewoon aanwezig, zodat je van 12 naar 13 niet over 11 mag!

Alles op een rij: X-C-Q-Q-U-N-S-N-H-D. Toch een leuk rijtje, en een heel goed voorbeeld wat de uitzetter voor grappen kan uithalen met rood/oranje/wit  in combinatie met een DMP-opdracht.

In het derde voorbeeld komen we weer eens een Beltman-puntje tegen (zie diverse eerdere columns), met dien verstande dat Henk Beltman hier niet de uitzetter was. Sterker nog, hij was deelnemer, en U mag drie keer raden wie het puntje over het hoofd zag… (hetgeen na afloop enige hilariteit tot gevolg had); hij was overigens niet de enige: zelfs de uiteindelijke winnaars zagen het puntje niet (maar Uw columnist, ondanks zijn "hoge" leeftijd en dankzij een goede loupe, wel!).

We gaan van de start van het tweede traject op weg naar pijl 1, en wel via a-b-c-d-e (niet over rood), en worden vrijwel meteen gekeerd door controle 2. Nu moeten we dus wel via rood, maar dan wel zo min mogelijk: b-f-c-d-e. Dat levert de controle A op, met opdracht "HKR" (hier keren en dan rechts). Daarmee worden we gedwongen via nog meer rood te gaan: f-g-h-e. Tussen h en e staat dan de controle D, met opdracht "HK-DMP 2". Keren dus, en dan via h-g-t naar pijl 2? Mis! Je moet heel goed kijken, maar bij t staat een piepklein puntje op de weg: een rotonde! En mede omdat  alle pijlen weer even zijn vervallen (vanwege "DMP", waarbij trouwens ook alle voorkennis vervalt) kunnen we nu over veel minder rood naar pijl 2: h-g-f-c-d-e-k-m-n-p-q-t, en daar keren om die "rotonde"! Dat levert een tweede A op, en die zegt nog steeds "HKR", zodat het langere rood g-t op weg naar pijl 2 nu niet meer te vermijden is. Einde oefening.

En tevens einde van deze reeks voorbeelden, die mijns inziens een goed beeld geven van de mogelijkheden die (al dan niet tijdelijk) vervallen pijlen bieden tot het maken van interessante kaartleesproblemen. Hulde aan de uitzetter, het zat allemaal prima in elkaar, en er was geen speld tussen te krijgen (zelfs geen Beltman-speld...). Ik heb nog één heel fraaie situatie voor U, maar die vergt zo veel ruimte dat ik hem nog even achter de hand houd. Wie wat bewaart die heeft wat…

We eindigen maar weer eens met iets uit de oude doos. Deze keer niet uit mijn eigen verzameling anekdotes, maar iets wat ik in de wandelgangen heb opgevangen. De ritpijlen die de vereniging De Ellerijders gebruikt zijn voorzien van het opschrift "Ellerijders". Duidelijk genoeg, maar in het verleden werden pijlen gebruikt waarop de tekst "ACDE" stond ("Automobiel Club De Ellerijders", naar ik aanneem). En het verhaal gaat dat er eens een equipe in de B-klasse was dat het reglement grondig had bestudeerd en dus wist dat "pijlen voorzien van klasse-aanduidingen door deelnemers in andere klassen genegeerd moeten worden". En ja, er stond ACDE op de pijl, dus als B-klasser concludeer je dan: "niet voor ons"! (Of er ooit een E-klasse heeft bestaan is iets dat ik overigens betwijfel.)